Jammerkolk is een verdwenen woord voor een poel van ellende. Dit verdwijnwoord werd vroeger meestal gebruikt als benaming voor de hel. Dat hebben we waarschijnlijk te danken aan de ‘berijmde psalmen’, waardoor het woord tot ver in de 20ste eeuw enige bekendheid bleef houden.
In de omgangstaal was het toen echter al zo goed als uitgestorven. Voordien was jammerkolk ook wel in gebruik als metafoor voor een ‘ellendige toestand’. Zo beschrijft een tekst uit 1863 hoe een man zijn vermogen kwijtraakt aan de deurwaarder en dan zelfmoord pleegt, waardoor hij vrouw en kinderen ‘in eenen nog dieperen jammerkolk stort’.
Net als jammerkolk zijn jammerpoel en jammerrijk oude benamingen voor de ‘afgrond van ellende’, zoals et rijk der verdoemden, kortom de hel vroeger erd omschreven.
Van de vele bloemrijke benamingen die er ooit voor de hel zijn geweest, zou je trouwens een heel woordenboek kunnen samenstellen: een woordenboek van goeddeels verdwenen woorden en uitdrukkingen, want de meeste benamingen van de hel zijn in de afgelopen eeuw in onbruik geraakt. Kennelijk spreekt het hellevuur niet meer tot de verbeelding.
Geef een reactie