dataficatie

geplaatst in: Woord van de dag | 0

In NRC Handelsblad maakte commentator Folkert Jensma zich afgelopen weekend niet heel veel zorgen over de datawolk die hij met zijn smartphone produceert. Daarin staat hij niet alleen, denkt hij, want:

De Westerse burger, mezelf incluis, gaat vooralsnog tamelijk onbekommerd mee met de datificatie van het dagelijks leven.

Datificatie maakt zo z’n mediadebuut in het Nederlands, waarin trouwens al wat langer de variant dataficatie wordt aangetroffen.

Hoewel dataficatie – in lijn met de Engelse pendant datafication – op internet geregeld te vinden is en daar omschreven wordt als het verzamelen en analyseren van big data, is de vorm datificatie bepaald niet onlogisch.

Van alle 114 woorden in de Dikke Van Dale die eindigen op -ficatie zijn er slechts twee (bimboficatie en pornoficatie) die níét tevens eindigen op -ificatie. Anders gezegd: het lijkt erop dat –ificatie zich in onze taal gedraagt als een achtervoegsel. Omdat naast pornoficatie ook incidenteel pornoïficatie aangetroffen wordt en naast de Engelse vorm bimbofication ook bimboification voorkomt, ligt het voor de hand om -ficatie in woorden als bimboficatie, dataficatie en pornoficatie te beschouwen als een infrequente variant van -ificatie.

Het ‘achtervoegsel’ -ificatie is overigens zo ‘sterk’, dat het geregeld andere klinkers verdringt, zoals de laatste a van massa, op basis waarvan immers niet massaficatie, maar massificatie is gevormd.

Hoewel datificatie dus een alleszins voor de hand liggend woord is, ligt het voor de hand dat dataficatie puur op basis van de frequentie (en het feit dat in omringende talen vormen als datafication voorkomen) een begrip zal worden dat vaker zal worden gebruikt.

Definitie

dataficatie (de, g.mv.) het verzamelen en analyseren van big data over uiteenlopende personen en zaken

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *