zoengeld

geplaatst in: Verdwijnwoorden | 0

Zoengeld was in het verleden een vrij gewoon woord voor geld waarmee iets goedgemaakt kon worden. Schade die een ander was toegebracht of een onrecht dat een ander was aangedaan kon je letterlijk ‘afkopen’ door het slachtoffer een bedrag te betalen. In de middeleeuwen bestond er in het gewoonterecht in Europa bijvoorbeeld een afkoopregeling voor doodslag (of moord): weergeld, waarin weer net als in weerwolf, staat voor ‘man’. Weergeld was een boete die de dader van manslag (doodslag op een mens) of diens familie moest betalen aan de nabestaanden van het slachtoffer. Hedendaagse begrippen als smartengeld vinden in dit gewoonterecht hun oorsprong. Behalve als historische termen zijn weergeld en zoengeld uit onze taal verdwenen. Althans tot voor kort, want het lijkt erop alsof het woord zoengeld bezig is aan een comeback. Die comeback houdt verband met de toenemende rol van de sharia, het islamitische recht. Zo schreef een Nederlandse krant onlangs dat de sharia voorschrijft dat de nabestaanden van het slachtoffer van een geweldsdelict soms mogen bepalen of de doodstraf wordt uitgevoerd, ‘of dat met zoengeld genoegen wordt genomen’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *