potloodeconomie

geplaatst in: Woord van de dag | 1

In het Engels komt de term pencil economics al geruime tijd voor, in het Duits zijn in het verleden zowel Bleistiftökonomie als Bleistiftwirtschaft aangetroffen, maar pas  vandaag debuteert de economische vakterm potloodeconomie in de media. Dat hebben we indirect te danken aan Volkskrant-econoom Peter de Waard, die vandaag naar aanleiding van de aflevering Zomergasten van afgelopen zondag schrijft over minister Eric Wiebes::

Hij omarmde de potloodeconomie van Milton Friedman, de man die de basis legde voor Reaganomics en Thatcherism waarbij de rol van de staat werd teruggedrongen ten faveure van de vrije markt. Het symbool van deze neoliberale revolutie was het potlood, zoals de hamer en sikkel dat was van de communistische revolutie vele decennia jaar eerder.

Het woord potloodeconomie verwijst naar een filmpje tijdens de uitzending van Zomergasten waarin de Amerikaanse econoom Milton Friedman (1912-2006) de werking van de vrijemarkteconomie uitlegt aan de hand van een potlood.

Friedman gebruikt het sprookje I pencil van de Amerikaanse libertaire denker Leonard Read (1898-1983). In dat sprookje vertelt een potlood hoe hij tot stand is gekomen. De moraal van het verhaal is dat niemand in zijn eentje een potlood kan maken. Er zijn houthakkers voor nodig, mijnwerkers in de grafietmijnen, er is lijm nodig, verf, rubber, maar bijvoorbeeld ook koffie die de houthakkers drinken als ze pauzeren. Zo zijn er misschien wel duizenden mensen die direct of indirect een bijdrage leveren aan de vervaardiging van het potlood, dat we niettemin voor een habbekrats in de winkel kunnen kopen.

Friedman gebruikt dit sprookje om uit te leggen wat het geheim is achter deze gezamenlijk voortbrenging van nuttige producten: de prijsvorming door vraag en aanbod in de vrije markt. Alleen dat mechanisme zorgt ervoor dat mensen die elkaar vaak niet kennen en die elkaar misschien zelfs haten, zonder enige menselijke vorm van regie in groten getale met elkaar samenwerken aan producten die voor iedereen van nut kunnen zijn.

Zoals de hamer en sikkel een metafoor zijn voor de geleide economie, zo kun je het potlood als een metafoor voor de vrijemarkteconomie opvatten, schrijft De Waard. Dat impliceert dat potloodeconomie een synoniem zou kunnen worden van vrijemarkteconomie. Hoewel het sprookje van het potlood in kringen van economen vrij bekend is, is het woord potloodeconomie zelfs in diezelfde kringen nog onbekend. Maar het debuut van het woord in de krant van vandaag kán daar wellicht verandering in brengen.

Definitie

potloodeconomie (v, g.mv.) vrijemarkteconomie, ontleend aan Engels pencil economics, dat berust op het economische sprookje I pencil, waaraan geregeld wordt gerefereerd om de autonome prijsvorming in de vrije markt te illustreren

 

 

  1. Ludo Bellay

    Milton Friedman, Friedrich Hayek, Ayn Rand. Goed voor de prullenmand. Voor de volgende 50 jaar doughnuteconomie van Kate Raworth, de “echt liberale” economie, waarin rekening wordt gehouden met grenzen, commons. De “neo-” heeft het stilaan wel gehad en GRoei kan niet oneindig, maar wordt best tijdig (nu dus) omgebogen naar BLoei.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *