Deze week berichtten verscheidene kranten dat de hoogste militair van de Navo, de Nederlander Rob Bauer, heeft gepleit voor een ’oorlogstransformatie van de Navo’.
We leven weliswaar al enige tijd in een eeuw die in het teken staat van transitie en transformatie – denk aan de economische transitie ten behoeve van het klimaat, aan dekolonisatie, aan het ontwestersen van ons wereldbeeld – maar het woord oorlogstransformatie is nieuw.
NRC lichtte gisteren toe wat met het woord wordt bedoeld:
Dat is (…) een transformatie met verreikende en ontwrichtende gevolgen. Onze economie zou er een op oorlogvoering gerichte economie door worden. De samenleving zou te maken krijgen met herinvoering van (vormen van) de dienstplicht. De kosten van de krijgsmacht zouden er minstens door verdubbelen. Dus geen 2 procent van ons nationaal inkomen, het huidige NAVO-streefpercentage, maar 4 procent of meer.
Oorlogstransformatie zou je dus kunnen omschrijven als een transformatie tot een oorlogseconomie, maar in feite ook als een transformatie van de samenleving om de vrede te bewaren. Immers, het Westen wil geen agressor zijn en is dus gericht op defensie. Een defensietransformatie klinkt volgens NAVO-baas Bauer misschien wat te vaag.
Er is een eeuwenoude militaire spreuk die zegt: ‘wie vrede wil, moet zich voorbereiden op oorlog. Si vis pacem, para bellum. (De gedachte vind je al bij Plato, De Wetten). De oorlogstransformatie is dus ook een beetje een vredestransformatie.
Definitie
oorlogstransformatie (de, g.mv.) sociaaleconomische herinrichting van de maatschappij om deze voor een op oorlogvoering voorbereide en ingerichte economie en samenleving.
Alexis
Mij rijzen de haren toch een beetje te berge. Ik zou willen pleiten voor het vermijden en bestrijden van dit woord, en adoptie van het woord defensietransformatie, zelfverdedigingstransformatie of iets creatievers. Nomen est omen. Vraag niet om wat je niet wilt krijgen.