In De Telegraaf schrijft columnist Marcel Peereboom Voller vandaag over het medisch risico van de avocado:
Mensen lopen handletsel op als ze een avocado proberen te openen. Zo’n ’avocado-hand’ is allang niet meer alleen een gevaar voor de cliché-hipster en zijn ontbijt van avocado, driedubbeldwarsgedraaide geitenyoghurt met chiazaad en gojibessen waarvan hij de rest van de dag nog kan nagenieten omdat de zaadjes in zijn hipsterbaard ontkiemen.
Op het eerste gezicht is avocadohand een banale gelegenheidssamenstelling, maar in werkelijkheid is het woord al wat vaker in de krant aangetroffen. In 2017 debuteerde het woord in de Belgische krant Het Laatste Nieuws:
De avocado – in de Angelsaksische landen ook weleens ‘alligator pear’ genoemd -heeft ook zijn negatieve kantjes. Als je niet oplet met je mes als je hem aan het klaarmaken bent, kan je al eens ‘uitschieten’ en een avocadohand krijgen.
In datzelfde bericht stond dat in Engelse ziekenhuizen dagelijks al vier mensen aan een avocadohand moesten worden behandeld.
Avocadohand maakte vorige maand zijn debuut in een Nederlandse krant. Op 5 september schreef het AD dat de avocado steeds meer slachtoffers maakt en gaf tips om ‘een avocadohand te voorkomen’.
Om een of andere manier herinnert avocadohand aan rsi-gerelateerde woorden als appnek, computerogen, iPodduim, muishand, sms-duim en swipevinger, waarvan een aantal het woordenboek hebben gehaald. Dat lot is ook avocadohand beschoren, mits dit woord courant wordt.
Definitie
avocadohand (de, -en) hand die ernstig gewond is geraakt bij het opensnijden of schillen van een avocado
Geef een reactie