zitplasser

geplaatst in: Woord van de dag | 2

‘Ik wist niet dat je een zitplasser was, zoon’ – het is een zin uit de column van James Worthy die vandaag in het Parool staat.

Zitplasser? Hebben we dat woord de laatste tijd niet al vaker gelezen? Inderdaad, in de Volkskrant werd acteur Jan Kooijman een paar weken geleden nog – niet zo vleiend – een ‘gefeminiseerde zitplasser’ genoemd.

Laten we het woord eerst eens definiëren. Een zitplasser is iemand die zittend plast. Niet zomaar iemand, maar een man. Voor zover bekend is de default namelijk dat vrouwen zittend plassen zonder zitplasster te worden genoemd, terwijl mannen staand plassen zonder staplassers te heten. Voor vrouwelijke zit- en mannelijke staplassers bestond er tot voor kort simpelweg geen woord.

Terug naar zitplasser. Dat woord troffen we het afgelopen jaar al vaker aan dan in alle eerdere jaren bij elkaar. Het is dus een woord in opkomst. Dat begon een paar jaar geleden toen in Zweden stemmen opgingen om mannen te verplichten voortaan zittend te plassen. Dat is in Scandinavië ook verantwoord, want ze hebben daar nu eenmaal betere WC-eenden, properder schoonmakers of simpelweg nettere toiletbezoekers.

Is de opkomst van het woord zitplasser wellicht een voorbode van Zweedse toestanden in ons taalgebied?

Niet per se. Soms heeft het woord zitplasser namelijk een bedenkelijke bijklank. Zo wordt op internet de Audi RS7 aangeraden ‘voor als u een ongelooflijke zitplasser bent’. Dat lijkt ons geen aanbeveling voor die auto, maar deze context maakt vooral duidelijk dat zitplasser de potentie heeft een scheldwoord te worden, waarschijnlijk met de betekenis eitje, watje, mietje. Een paar andere vindplaatsen op internet maken overigens duidelijk dat er ook mannen zijn die door te schrijven dat ze een zitplasser zijn ‘uit de kast’ komen. Een vorm van outing dus.

Een groep die in de media en op internet geheel onderbelicht blijft, is de eclectische plasser: de man die nu eens staand, dan weer zittend plast. Daar moet eigenlijk ook nog een woord voor komen.

Om kort te gaan: getuige de sterk stijgende lijn in het aantal voorkomens in de MSM en op internet, lijkt zitplasser in rap tempo een courant woord te worden. Een begrip misschien zelfs. En het zou ons niet verbazen als vervolgens ook staplasser een gangbare term wordt.

2 reacties

  1. Esther Sgard

    “Een groep die in de media en op internet geheel onderbelicht blijft, is de eclectische plasser: de man die nu eens staand, dan weer zittend plast. Daar moet eigenlijk ook nog een woord voor komen.”

    Ik stel voor : bi-plasser.

    Groet, de moeder van een zitplasser die niet wist dat daar een woord voor was

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *