schermbedrijf

geplaatst in: Woord van de dag | 0

De Panama Papers – ze zullen het nieuws de komende tijd wel blijven beheersen. En wie weet levert dit financiële megaschandaal – want dat is het – zelfs nog wat nieuwe woorden op. De eerste neologismen hebben zich in feite zelfs al aangediend: schermvennootschap en  schermbedrijf.

Beide woorden figureren vandaag in een artikel in het Belgische financiële dagblad De Tijd. ‘Belgen gebruiken nog massaal schermbedrijven in belastingparadijzen’, kopt die krant. In de lead staat: ‘Belgen laten anno 2016 nog altijd massaal schermvennootschappen opzetten in exotische oorden zoals Panama en de Britse Maagdeneilanden. Dankzij een wereldwijd gegevenslek dat de naam Panama Papers draagt, kon De Tijd de exotische spookconstructies ontrafelen en de Belgen ontmaskeren achter meer dan duizend schermvennootschappen.’

In Nederland houden het Financieele Dagblad en Trouw zich bezig met de onthullingen, maar in de berichtgeving van deze Nederlandse kranten ontbreken vooralsnog de termen schermvennootschap of schermbedrijf ter aanduiding van de lege vennootschappen die een Panamese financiële dienstverlener zijn gevestigd op bijvoorbeeld de Britse Maagdeneilanden. Zo’n BVI-vennootschap (de afkorting BVI staat voor British Virgin Islands) is bedoeld om belasting te ontwijken én om iemands vermogen min of meer onzichtbaar voor de buitenwereld te maken. Schandalig natuurlijk, want – om het maar even kort door de bocht én in gestaalde bewoordingen te zeggen: door hun slechte belastingmoraal dragen superrijke mensen indirect bij aan de Verelendung van de massa.

In het Engels heet zo’n lege vennootschap een shell company, een vennootschap die een (lege) huls is. Het woord schermvennootschap of schermbedrijf als alternatief voor offshore lege vennootschap (wat een hele mond vol is), is mooi gekozen. Immers, de bedoelde vennootschappen zijn niet alleen maar lege hulzen, het  zijn ook verhullende rechtspersonen, die enerzijds opgezet zijn door een financiële dienstverlener die tevens zorgt voor een ‘protector’ (beschermer) ter behartiging van de belangen van de begunstigde en die anderzijds het vermogen van oligarchen afschermt voor onder meer de fiscus.

Schermbedrijf is dus een woord met een zware semantische lading, maar tevens niet meer dan een synoniem van een lege vennootschap in een belastingparadijs ter afscherming van de identiteit van de eigenaar en diens vermogen. Of het woord ingeburgerd raakt in het hele taalgebied, zal uiteindelijk afhankelijk zijn van het gebruik ervan door de media.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *