frisdrankpatiënt
In samenstellingen met het woord patiënt noemt het eerste woorddeel meestel een door ziekte getroffen orgaan (hart-, lever-, maag-, nierpatiënt), een ziekte, ziekteveroorzaker of symptoom (griep-, jicht-, kankerpatiënt; hiv-patiënt; chronischepijnpatiënt) of de behandeling (beademingspatiënt, verblijfspatiënt). Er zijn wat bijzondere gevallen, … Vervolgd